Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Er is een [36]kwaad, dat krankheid aanbrengt, [hetwelk] ik zag onder de zon: [37]rijkdom van [38]zijn bezitters bewaard tot [39]hun eigen kwaad. 36. Hebr. een krank kwaad. Zie onder vs.16. 37. De rijkdom wordt met zorg bewaard, dikwijls tot des eigenaars of bezitters eigen ongeluk; want meermalen vervallen de rijken in grote zwarigheid vanwege hun rijkdom; of de rijkdom vergaat door een boos bedrijf, hetzij door een wellustig of overdadig leven, of anderszins; dat strekt dan tot kwelling en onrust huns gemoeds. Zie hfdst.6 vs.2. 38. Gelijk boven vs.10. 39. Dat is, tot schade dergenen, die het hebben. Hebr. tot zijn kwaad; dat is, tot kwaad van elkeen dergenen, die het hebben of bezitten.